De lucht is ijl daarboven,
waar de rotsen zwijgen
en de wind de enige stem is.
Onder mij
zakt de wereld weg
in schaduwen zonder bodem.
Een stap vooruit
kan uitzicht geven
of verlies betekenen.
Soms stijg ik
zonder reden,
soms val ik,
zonder waarschuwing.
Toch blijf ik gaan,
niet om te winnen,
maar om te voelen
dat ik leef.