Er ligt een seconde
tussen weten en vergeten.
Een dunne draad
gespannen over het ravijn
waar gedachten zonder schoenen lopen.
De kamer is vol mensen
maar niemand is daar.
Alle stemmen klinken
alsof ze tegen het plafond zijn geplakt
en vergeten zijn te vallen.
Iemand zegt iets,
maar het komt niet aan.
Alsof taal verdampt
nog voor het landt
in het oor van de ander.
Je kijkt uit het raam,
niet om iets te zien
maar om iets te voelen
dat geen naam heeft
en geen vorm verdraagt.
En toch weet je:
daar,in dat onuitgesproken,
ligt alles wat werkelijk telt.