Het begon niet met een gebaar,
niet met een blik die de wereld stilzette-
maar met jouw stem,
zacht als ochtendlicht op nog
gesloten ogen.
Je sprak geen grote woorden,
en toch vielen ze
als dauw op een dorstig veld in mij.
In de stilte tussen jouw zinnen
ontwaakte iets dat ik niet kende,
maar dat al jaren op jou wachtte.
Je woorden droegen geen beloftes,
geen toekomst of verleden,
alleen een onverwacht weten
dat dit moment
meer was dan toeval.
Sindsdien draag ik jouw stem met me mee,
in de ruimte waar herinnering
zich vermengt met verlangen.