Niet meer het vuur dat alles verbrandt,
maar warmte die blijft,als een veilige hand.
Niet elke dag zon,soms regen,soms kou,
maar altijd jij-en altijd ik,trouw.
We kennen de storm,de stilte,de strijd,
de lach en de traan het vallen,de tijd.
Toch groeien we verder,schouder aan zij,
niet jonger,maar wijzer-en nog altijd vrij.
Je ogen zijn zachter,je woorden meer waar,
en elke rimpel een liefdesgebaar.
Dit is geen sprookje,geen vluchtig gedicht-
maar liefde die leeft,en nooit meer zwicht.