Met de wind in de rug loop ik verder.
De lucht is open,
het pad ontvouwt zich zonder haast.
Achter me vervagen de stemmen van gisteren.
Voor me ligt de ruimte,niets is nog bepaald.
Ik voel de duw van iets dat groter is dan ik.
Het vraagt geen richting, geen uitleg.
Alleen beweging,vooruit,
zinder terug te kijken.
De wind draagt me,
en ik laat me dragen.